Van Tongeren naar Brussel, de Ardennen, Luxemburg, Moezel en Eifel
Een weekje weg met de camper. Zaterdag naar Tongeren (B), op zondag door naar Brussel. Dinsdagavond in Han-sur-Lesse, op woensdag via Luxemburg naar Wintrich aan de Moezel. Op vrijdag komen we aan in de Eifel, op zondag rijden we weer naar huis.
zaterdag 22 oktober 2005
Vertrokken op zaterdagmiddag na wat opruimen en schoonmaken in huis, en last but not least: de camper inpakken. Het meeste zat er nog wel in, maar toch maar even nagelopen.
Dan nog even naar de supermarkt, zodat we voor de eerste paar dagen ons kunnen redden met de boodschappen.
Het is de bedoeling dat we naar de Moezel gaan, omdat daar nog een paar doosjes wijn voor ons klaarstaan, maar we hoeven niet per se de kortste weg te nemen. Omdat de zaterdag al voor een groot deel om is, is mijn voorstel om naar Tongeren te rijden. Daar kunnen we dan op de zondagmorgen mooi over de antiekmarkt.
Aloys weet zich te herinneren dat Wietse en Anja daar ook het eerste weekend van de vakantie heen willen, grote kans dat we die daar treffen.
En dat is ook zo, ze zijn een half uur voor ons gearriveerd en zullen net gaan eten. Ze hebben wat opgehaald bij de frituur, wij volgen dat voorbeeld en schuiven gezellig aan. Buiten miezert het, maar we zitten warm en droog. Er staan in totaal 8 campers, na ons kwam er nog een Duitse camper bij.
zondag 23 oktober 2005
De volgende morgen is het bewolkt, met zo nu en dan wat spetters. Daardoor is de rommelmarkt niet zo groot en niet zo druk.
Linksboven een leuke Art Nouveau lamp. Hij stond me wel aan, en dat we ervoor in de buidel zouden moeten tasten was wel te verwachten, maar 1150 Euro? Volgens de verkoper is het glas afkomstig van de beroemde Franse fabrikant Daum uit Nancy. Dat gaan we dus niet doen, maar blijft een plaatje. We zoeken troost in het cafe op de hoek (foto rechts).
Uiteindelijk hebben we niets gekocht, Aloys vond de blauwe klok voor op de schoorsteen niet mooi……
De lunch hebben we gebruikt op een terras, lekkere omelet met een Belgisch bier.
Na het afscheid van Wietse en Anja zijn we naar Brussel gereden, een kleine 100 kilometer. Dan eerst naar de camping in Grimbergen, aan de Veldkantweg.
We werden door de campingbeheerder weer even knorrig als de voorgaande keren onthaald, dat zijn we inmiddels gewend. En de gasten blijven toch wel komen, want andere goede campings zijn er eigenlijk niet.
Na het uitrollen van de stroomkabels en de blokjes onder de voorwielen hebben we ons geïnstalleerd. Het was al niet koud, en het is vanmiddag nog ook opgeklaard waardoor het eigenlijk heel aardig weer is geworden.
Aloys heeft gekookt, hij heeft spaghetti gemaakt. Daarna afgewassen, koffie gezet en een stukje geschreven voor het weblog.
maandag 24 oktober 2005
Hoewel het ‘s nacht droog is gebleven is het tegen de ochtend gaan regenen. We doen onze jassen aan en nemen een paraplu mee voor noodgevallen. Geen overodige luxe: maandag bleek de slechtste dag van de week!
De bushalte is tegenwoordig vlak voor de camping, voorgaande jaren moest je eerst een stevig eind lopen naar het busstation.
We konden bij de chauffeur voor € 3,80 pp een dagkaart kopen, voor het laatste stukje van en naar de camping met je € 0,40 bijbetalen.
We besloten om eerst de kerk op de Koekelberg te gaan bekijken, een monstrueus gebouw boven op een bult aan het einde van een grote laan.
De eigenlijke naam van deze kerk is Heilig-Hartbasiliek, maar hij wordt meestal Basiliek van Koekelberg (naar de omliggende wijk Koekelberg) genoemd.
Hoewel de 1e steen werd gelegd in 1905 werd de 90 m. hoge koepel pas voltooid in 1969.
De bedoeling was oorspronkelijk dat het een gotische kerk zou worden, maar omdat dat te duur was, is het uiteindelijk een indrukwekkende Art-Deco kerk geworden. Het is de vijfde grootste kerk ter wereld, en 1952 werd door paus Pius XII de titel Basiliek toegekend.
Met het bekijken van dit gebouw zijn we een aardige tijd zoet geweest, we zijn helemaal bovenop geweest. Mooi uitzicht over Brussel!
Daarna op zoek naar een heel oud cafxe9, de Ultieme Hallucinatie met een Jugendstil inrichting.
Het is het enige restaurant in Brussel met nog een oorspronkelijk Art nouveau interieur. En de lunch was hier uitstekend!
Daarna richting het centrum, aantal winkels bezocht maar weinig gekocht. Aloys is even in de Mediamarkt geweest, die is zo groot dat hij er ontmoedigd weer uitgelopen is. Intussen regende het pijpenstelen, we hebben nog een kopje koffie gedronken in het Jugendstil-cafxe9 Falstaff. Aardig, maar het interieur mag wel eens worden opgeknapt, jammer. Terug naar de camping, soepje gemaakt.
dinsdag 25 oktober 2005
‘s Morgens eerst naar het toiletgebouw om te douchen. Deze week is op de camping de laatste week van het seizoen, vanaf 1 november gaat de wintersluiting in. Het achterste veld is afgesloten en de heren moeten gebruik maken van de damesafdeling. Bovendien is de helft van de toiletten en douches afgesloten, zodat als Aloys en ik bij de douches aankomen er nog maar 1 douche beschikbaar is. Dus besluiten we gezellig samen te gaan douchen, net als thuis.
Buiten regent het inmiddels zo hard dat je daar ook zou kunnen douchen, maar dat doen we maar niet i.v.m. de openbare zeden en zo.
We verlaten de camping en rijden naar het Koninklijk Museum voor Kunst en Geschiedenis, ook wel genoemd Jubelparkmuseum(foto boven). In het kader van de feestelijkheden van het 175-jarig bestaan van Belgie wordt hier tot 31 december tevens een tentoonstelling wordt gehouden over Jugendstil en Art Nouveau in Brussel (periode 1830 – 1958).
Onze entreekaartjes geven toegang tot het hele museum en na de tentoonstelling bezoeken we nog een paar afdelingen: Egypte met een aantal sarcofagen met mummies, Rome met wat aanwinsten van de Etrusken, de afdeling met glas en de afdeling met fotografie. In het restaurant van het museum eten we een heerlijke pompoensoep.
Na het museumbezoek rijden we eerst en eindje om via de Louizalaan, we bekijken daar het Hotel Solvay. Hotel Solvay is gebouwd door Victor Horta voor Armand Solvay. Dit gebouw wordt een van zijn opmerkelijkste creaties genoemd. Het moet vooral van binnen erg mooi zijn, maar is helaas maar zeer beperkt opengesteld zodat we genoegen moesten nemen met de buitenkant. In 2000 werd dit gebouw samen met 3 andere gebouwen van Horta door de Unesco tot werelderfgoed verklaard.
Tevens vinden we er in de buurt een draadloze internettoegang die we gebruiken om onder meer onze e-mail op te halen.
Daarna verlaten we Brussel richting Luxemburg maar het begint al wat laat te worden. In plaats van door te rijden besluiten we af te slaan naar Han-sur-Lesse. Daar schuiven op de camperplek aan bij de rest, en zoeken een restaurant waar we forel eten. Lekker!
woensdag 26 oktober 2005
Het is de vorige dag in de loop van de middag droog geworden, en het was al niet koud. In Han is de volgende morgen stralend weer en de verwachtingen zijn heel goed. We bezoeken eerst de plaatselijke supermarkt om voor moeder een fles Oxo te kopen. Daarna drinken we nog een kop koffie in het restaurantje waar we ook de forel gegeten hebben.
We vervolgen de reis naar Luxemburg via de binnenlanden. We kijken even rond in Bastogne. Onderweg in Diekirch kopen we gebraden kip met zuurkool voor het avondeten. In Echternach aangekomen bezoeken we de VVV voor informatie over wandelingen in ‘klein-Zwitserland’. De mevrouw aan de balie loopt niet over van vriendelijkheid en Aloys wil verder naar Wintrich dus de wandelingen moeten wachten op een andere gelegenheid.
Aangekomen in Wintrich worden we ontvangen door Maren en Jack (de hond). Sinds 1 september hebben ze vergunning voor een Strauswirschaft, ze noemen het Jack’s revier.
‘s Avonds zitten we gezellig bij een glas mooie witte wijn, samen met en Belgisch echtpaar die hun ouders een weekje op reis hebben meegenomen.
donderdag 27 oktober 2005
Laat vertrokken – eerst uitgeslapen en ontbeten. Daarna langs de Moezel richting Bremm. Daar was nog een mooi plekje voor ons.
‘s Middags eerst nog even doorgereden naar Ernst en Cochem. In Ernst wijn gekocht en in Cochem draadloos internet gevonden.
Daarna terug naar Bremm. De familie Oster-Franzen heeft een mooi bedrijf, en maakt ook heerlijke wijnen. Om 18.00 uur konden we meedoen met de rondleiding door de kelder en aansluitend een uitgebreide wijnproeverij met een (brood)maaltijd.
De heer des huizes liet ons de kelders zien, de vrouw des huizes heeft ons de wijnen laten proeven met uitleg erbij waardoor onze kennis van de Duitse wijnen weer wat is vergroot.
Zo weten we nu dat er vroeger aan de Moezel geen rode wijn gemaakt mocht worden en dat de Elbling een zeer oud druivenras is dat al door de Romeinen werd verbouwd aan de Moezel. De rode wijnen zijn zeer smakelijk, de witte zijn fris en aangenaam. Zo staan we steeds weer voor een lastige keuze: wat nemen we mee?
Mevrouw Oster-Franzen refereert aan een artikel van een vooraanstaande Engelse journaliste, autoriteit op het gebied van wijn, die schreef: op het gebied van witte wijn zijn de Duitse witte wijnen onovertroffen!
vrijdag 28 oktober 2005
Op het wijngoed van de fam. Oster-Franzen zijn ook douches, en na het douchen nemen we afscheid van de familie. Ergens in de auto een plekje gevonden voor de wijn, en dan rijden we in de richting van Bad Munstereifel.
Daar zijn we vrij vroeg, we wandelen het stadje in en strijken neer op een terras in de zon. Daar zit het heel genoeglijk, we blijven plakken en besluiten daar een hapje te eten. Lekker makkelijk, hoeven we niet te koken.
Hoewel we een aardige plek hebben, is het wel wat rumoerig omdat we dicht langs een doorgaande weg staan. Ik begin over de camperplek in Nettersheim, en Aloys ziet het meteen voor zich. We pakken in en gaan verkassen, het is maar 15 km verderop. Daar aangekomen hebben we geluk: een andere camper heeft besloten door te rijden naar Bentheim en zo hebben wij een 1e klas plekje. Het staat er bijna vol, de populairste camperplek uit de Eifel. Als je zelf voor hout zorgt kan je er kampvuur maken, het brandt nog een klein beetje. Maar het wordt toch wel koud dus we gaan naar binnen.
zaterdag 29 oktober 2005
Na een rustige nacht gaan we de volgende morgen eerst een eindje wandelen. Het is opnieuw heel mooi weer en helemaal niet koud. De omgeving is hier heel bekend, dat is wel leuk. We zijn hier al vaak geweest, met de honden Bas en Bykje, met vrienden Hessel en Paulina, etc.
Na de wandeling gaan we nog even het sanitair verzorgen, en dan naar het Naturschutzhuis. Het is anders ingericht, en de mevrouw achter de balie spreekt Nederlands. Aloys babbelt gezellig met haar, en we kijken nog eens rond.
En dan gaan we verder, langs welke route? Aloys wil wel via Heimbach aan de Rurhstausee, Kloster Mariawald. Het loopt tegen de middag dus we lusse wel wat, Erwtensuppe van de paters. Daar is het gigantisch druk, iedereen wil wel buiten zitten met dit mooie weer dus binnen is meer plek.
Daarna moeten we toch echt op huis aan, want dat is ook nog een paar uurtjes rijden.
Tegen half 2 gaan we huiswaarts, en om ca 5 uur staan we weer voor de deur.